Rouw is het omgaan met verlies en komt voor bij elke vorm van verlies. Het is het proces waarbij u langzaam leert omgaan met het verlies. Iedere persoon rouwt op zijn eigen manier. Rouw kunt u op verschillende manieren ervaren; gevoelens van verdriet, boosheid, eenzaamheid en hulpeloosheid horen hier bij. Daarnaast kunt u ook veel piekeren tijdens een rouwproces. U kunt ook lichamelijk ervaren dat u door een rouwproces heen gaat. Dit uit zich vaak in moeheid, hoofdpijn, concentratieproblemen, slaapproblemen en een verminderde eetlust. Vaak nemen de negatieve gevoelens na een bepaalde periode in sterkte af, omdat men over het algemeen veerkrachtig is en zich aan een nieuwe situatie kan aanpassen. Rouwen is dan ook niet leren loslaten, maar anders leren vasthouden (M. Keirse).

Er zijn verschillende kenmerken van een rouwproces. Dit worden bewust geen symptomen genoemd. Rouw is immers geen stoornis of ziekte, maar een natuurlijke reactie van een gezond persoon op een groot verlies (M. Keirse). Manu Keirse omschrijft een rouwproces in rouwtaken. Deze zijn als volgt: 

• het verlies onder ogen zien;
• het verlies en de pijn ervaren;
• aanpassen aan het leven zonder partner of dierbare of datgene wat u verloren heeft;  
• het bewaren van de herinneringen aan de overledene of datgene wat u verloren heeft en het opnieuw gaan houden van het leven.